De kop van een zebra, een vogel die net aan lijkt te komen vliegen of een antilope aan de muur. Ze lijken stuk voor stuk levensecht (en zijn dat ook), maar ze leven niet meer. Vaak zijn het echte pronkstukken die een prominente plek in het interieur innemen: opgezette dieren. Ook in winkels en kantoren komen we steeds vaker opgezette dieren tegen. Maar waarom leeft taxidermie zo? De taxidermie-trend neemt de laatste jaren weer toe, maar het is niets nieuws. Al in de achttiende eeuw nam men jachttrofeeën mee. Ook exotische dieren sierden soms de muur. In het Victoriaanse tijdperk waren de opgezette vogels en opgezette herten niet weg te denken uit de huizen van de gegoede burgerij. Iedereen die het kon betalen liet bij een taxidermist een vogel, hert of huisdier opzetten. Door de stijgende populariteit steeg ook de kennis van taxidermisten. De opgezette dieren leken steeds echter. In de negentiende eeuw waren de opgezette dieren echter niet meer zo populair. Ze waren toen nog voornamelijk in klaslokalen te vinden voor educatieve doeleinden.
Taxidermie vandaag de dag
Veel van onze klanten zien een opgezette vogel of een ander opgezet dier als een kunstwerk. Bij Wildlife Design kunnen we dat alleen maar toejuichen. Wanneer de dieren een natuurlijke dood zijn gestorven kunnen ze door een taxidermist een soort tweede leven krijgen. Zo krijgt iedereen de kans om van kunst uit de natuur te genieten. Het is een manier om een dier in volle glorie van dichtbij te zien, iedere dag weer. Daarvoor heeft het dier gewoon in alle vrijheid kunnen leven.